Tekst: E. Soeteman
Oorzaak.
Bij honden vinden we nog wel eens een afgesleten gebit. Wanneer de slijtage te snel gaat, krijgt de hond hier tandpijn door.
Berucht zijn tennisballen, stokken, stenen en speelgoed waar zand aan zit.
Dit materiaal werkt als schuurpapier op de tand. Het tandweefsel (glazuur en dentine) slijt steeds verder weg.
Binnenin de tand zit levend weefsel; de pulpaholte. Deze pulpaholte kan geinfecteerd raken, zodra de laag beschermend tandweefsel te snel te dun wordt. We zien ook regelmatig dat de tand zover afslijt dat de pulpaholte helemaal bloot komt te liggen. Zodra de pulpaholte geinfecteerd raakt, sterft hij meestal af. De tand raakt dan gevuld met een zwarte substantie, die bestaat uit bacterieen en dood weefsel. Een dode onbehandelde tand geeft een continue infectie in de kaak. Dit geeft een sterk wisselende pijnlijkheid. Deze bacterieen kunnen bovendien via het bloed ook op andere plaatsen in het lichaam bereiken, zoals het hart, de nieren en de gewrichten.
Wanneer de slijtage langzaam gaat, heeft het lichaam tijd om reparatief of tertiair dentine aan te leggen. Het levende deel van de tand legt dan een laag bruin gekleurd en glanzend dentine neer op de pulpaholte. Deze laag tertiar dentine beschermt de pulpa tegen infectie. De tand wordt langzaam korter, maar kan wel overleven.
Symptomen.
Honden laten geen kiespijn zien!! Ze hebben het wel, maar als eigenaar merk je dit doorgaans niet.
Tanden met abrasie zijn korter.
Bij reparatief dentine zie je in het midden van de tand een bruine, glanzende punt. Dat betekent dat de pulpa lang genoeg overleeft heeft om de tand van binnen uit te kunnen repareren. Helaas betekend dit niet altijd dat de pulpa nog steeds in leven is. Dat kunnen we niet zien aan de buitenkant.
Wanneer de pulpaholte open ligt, zie je in het midden van de tand een zwarte, doffe punt. Soms is deze opening naar de pulpa zeer klein en nauwelijks zichtbaar. In dit geval weten we zeker dat de tand dood is.
Aan de wortel van een dode tand ontstaat een voortdurende ontsteking. Soms vormt dit een fistel of abces, die we in de mondholte of de kaak kunnen waarnemen. Een bekend voorbeeld is de “bult onder het oog” wanneer de grote scheurkies in de bovenkaak problemen heeft gehad.
Bij dieren kun je helaas zelden goed genoeg in de bek kijken om te kunnen zien wat er precies aan de hand is. Om goed te weten wat er aan de hand is, is sedatie nodig en een onderzoek door de dierenarts.
Om met zekerheid te kunnen zeggen of een hond last heeft van zijn tanden met abrasie of niet, moeten we het dier sederen. Met een pocketsonde en explorer onderzoeken we elke tand. De wortels en pulpaholte brengen we in beeld met rontgenfoto’s.
Behandeling.
Tanden met abrasie en een levende pulpa hoeven niet behandeld te worden.
Wanneer de pulpa wel geinfecteerd is geraakt, kan er het beste een wortelkanaalbehandeling uitgevoerd worden, als we de tand willen behouden.
Goede controle bij de dierenarts en rontgenfoto’s zijn belangrijk.
Zodra we zien dat er abrasie optreedt, adviseren we het speelgoed van de hond aan te passen en zo het proces te stoppen.
De meeste tanden met abrasie kunnen gererpareerd worden door het eigen lichaam, mits de slijtage langzaam gaat.
Goede controle is wel belangrijk. Zodra we zien dat er abrasie optreedt, adviseren we het speelgoed van de hond aan te passen en zo het proces te stoppen.
Met een wortelkanaalbehandeling kunnen we bij volwassen dieren de tand ook nog steeds behouden.
Preventie.
Stokken, stenen, tennisballen en speelgoed met veel zand is niet erg geschikt voor honden. Gladde ballen, zacht speelgoed en flostouwen juist wel.